Uitgelicht: ‘De omgeving van Maastricht gezien door de ogen van anderen’

Museum Valkenburg presenteert in samenwerking met het Limburgs Museum de tentoonstelling ‘Zuid-Limburg gezien door de ogen van anderen’. Er worden werken getoond uit de collectie van het Limburgs Museum van niet-Limburgse schilders die naar Zuid- Limburg kwamen. Sommige verbleven korte tijd, anderen vestigden zich voor vele jaren in Limburg. We lichten enkele topstukken uit. Dit keer….

‘De omgeving van Maastricht gezien door de ogen van anderen’

Philip Sadée (1837 – 1904) behoorde tot de kunstenaars van de Haagse School. Hij was geboeid door het strand en de duinen maar hij schilderde ook stadsgezichten. Vanaf 1856 maakte hij een reeks studiereizen naar het buitenland. Sadée woonde in Den Haag maar bezocht s’ zomers regelmatig Maastricht, waar hij bij zijn broer logeerde. Vanaf de tweede helft van de jaren 1880 ging zijn interesse uit naar industriële onderwerpen, waarvan het schilderij van aardewerkfabriek Céramique (bij nacht) een mooi voorbeeld is.

Op dit aquarel van Jacques Mels zien we de afgraving van de ENCI (Eerste Nederlandse Cement Industrie) in de St. Pietersberg bij Maastricht rond 1930. De ENCI-groeve was een grote kalksteengroeve. In het midden ligt Fort Lichtenberg op de heuvel met steile wand met op de achtergrond vier hoge torens. Mels volgde in Tilburg een opleiding tot huisschilder. Daarna werd hij kloosterling maar later trad hij uit en werd kunstschilder. Hij woonde in Maastricht, Den Haag en Epe en op verschillende plaatsen in Zuid-Amerika. Mels is vooral bekend om zijn wat donkere, mysterieuze en zwierig geschilderde Zuid-Limburgse landschappen onder boeiende wolkenluchten.

Dit glooiende winterlandschap met de Maas gezien vanaf de St. Pietersberg is geschilderd door Han van der Kop (Schoonhoven 1903 – Amsterdam 1934). Aan de besneeuwde oever ligt een rij huizen; op de tegenovergestelde oever ligt het voormalige dorp Heugem (tegenwoordig een wijk in Maastricht). Van der Kop, die als kind al zeer getalenteerd was, werd toegelaten tot de Rijksacademie in Amsterdam en won in 1931 de prestigieuze Prix de Rome voor schilderkunst. In 1934 maakte hij een eind aan zijn leven en komt een veelbelovend talent niet verder tot ontwikkeling.