Dinsdag 27 april 1773, vandaag 250 jaar geleden.
Een straffe oostenwind waait door Valkenburg. Achterin de stal van een woning, tegenover het Landshuis (later de plek van het stadhuis en nú deel van het museumpand) ontstaat brand. De bewoners hebben zojuist het huis verlaten. Het vuur springt – aangewakkerd door de wind – al snel van huis tot huis, tot zelfs buiten de Grendelpoort.
Een ijselijk gegil, geschreeuw en het geloei van koeien volgt. In ruim een uur tijd worden zo’n 37 huizen, veelal met rieten daken `in den asch´ gelegd. Het ontbreekt aan voldoende brandspuiten, brandemmers en ladders. Maastricht stuurt nog ruiterij en infanterie en een brandspuit, maar hulp komt te laat. Twee Valkenburgers, Matthias Dorren en Odilia Ubaghs, vinden de dood. Anderen raken gewond. Inboedels, oogst en vee zijn grotendeels verloren.
Velen raken dakloos (en zijn dat jaren later nog). Er is eerst geen brood, noch voer voor het resterend vee. De kastelen Oost en Schaloen bieden bijstand. Voor herbouw wordt bruikbaar materiaal weggehaald bij de ruïne van het kasteel Valkenburg, dat een eeuw eerder in het rampjaar 1672 werd verwoest.
Wie al lopend door de Muntstraat omhoog tuurt, kan een opvallende gevelsteen ontwaren. De inscriptie in enigszins krom Latijn luidt: “ CoMbUsto phœniCe Den Uo aLter eXUrget anno 1776 “, vrij vertaald: de feniks herrijst uit zijn as. Deze uitdrukking refereert naar de grote stadsbrand van 1773 en kan dus vrij letterlijk worden genomen, toen 37 huizen ‘tot asch werden verteerd’.
Van 30 april tot en met 16 juli 2023 is de expositie Crises en Catastrofes in Valkenburg te zien in Museum Valkenburg. Hier zijn veel rampen te zien die Valkenburg teisterden, met onder meer aandacht voor stadsbranden, Cauberg- ongelukken en watersnoodrampen.