Het landschap in en rond Valkenburg heeft vanaf de vroegste tijden mensen aangetrokken. De geschiedenis van Valkenburg begint véél eerder dan de bouw van het kasteel, lang vóór de straten vorm kregen en de toeristen toestroomden. Honderdduizenden jaren geleden kampeerden er al mensen. Die Neanderthalers verbleven er graag vanwege de vuursteen, een steensoort die hier gemakkelijk te vinden is. De vuursteen leverde de grondstof voor vuistbijlen en andere onmisbare werktuigen. Bovendien hadden de bewoners van het gebied vanaf de rand van het Geuldal goed zicht op het wild waarop ze jacht maakten. Het toendra-landschap waarin Neanderthalers en de eerste moderne mensen hier leefden, ging na de laatste IJstijd over in oerbos. Voor de jagers in dat bos, en later de landbouwers, was vuursteen onmisbaar. Er werden pijlpunten, messen, schrapers, boortjes en andere werktuigen van gemaakt. De landbouwers hadden zo veel vuursteen nodig voor hun bijlen – om bos te kappen voor hun akkers – dat zij die zelfs ondergronds gingen zoeken. Zo ontstond de eerste mijnbouw.